#1 - 1. Hij is het niet

NPO Luister / KRO-NCRV

Sorry voor mijn broertje

#1 - 1. Hij is het niet

Sorry voor mijn broertje

Dit is een podcast van 3FM en Karo en CRV.

This is a podcast from 3FM and Karo and CRV.

Nebil en Naib, twee broers van Afghaanse afkomst.

Nebil and Naib, two brothers of Afghan descent.

Gevlucht voor de Taliban komen ze op jonge leeftijd aan in Nederland.

Fleeing from the Taliban, they arrive in the Netherlands at a young age.

Om hier uiteindelijk allebei een andere kant op te gaan.

To ultimately go in different directions here.

Naib, de oudste van de twee, werkt zich op tot hulpverlener met een hbo-diploma.

Naib, the eldest of the two, is working his way up to become a helper with a bachelor's degree.

Nebil besluit, na één mislukt baantje, dat er andere manieren zijn om aan geld te komen.

Nebil decides, after one failed job, that there are other ways to make money.

Wat maakt de ene broer tot een schrikbeeld en de ander tot een toonbeeld van een generatie?

What makes one brother a nightmare and the other a model of a generation?

Wat bepaalt welke afslaggroepen?

What determines which discount groups?

Wat mogen we nemen in het leven?

What can we take in life?

In de podcast Sorry voor mijn broertje zoeken we antwoord op die vragen.

In the podcast Sorry for My Brother, we search for answers to those questions.

Aan de hand van de levensverhalen van Nebil en Naib.

Based on the life stories of Nebil and Naib.

Aflevering 1. Hij is het niet.

Episode 1. He is not it.

Het was dinsdagochtend, 8 oktober 2014.

It was Tuesday morning, October 8, 2014.

Ik lag in mijn kamer te slapen.

I was sleeping in my room.

Uit het niet hoorde ik opeens een boem, knal.

Out of nowhere, I suddenly heard a boom, bang.

Ik beschrijf het nog heel zacht, maar dat was een hele harde kanaal.

I describe it very softly, but that was a very hard channel.

Ik stond gelijk een soort van op, beide benen op het bed.

I immediately sort of got up, both feet on the bed.

En ik zag drie mannen met zwarte pak, licht in mijn ogen schijnen.

And I saw three men in black suits, shining light in my eyes.

En ik voelde een arm op mijn rechterarm en een ander arm op mijn linkerarm.

And I felt an arm on my right arm and another arm on my left arm.

En ik tilde me eigenlijk een beetje in de lucht.

And I actually lifted myself a little into the air.

Legde me op de grond neer.

Layed me down on the ground.

Tilde me weer op, met mijn hoofd tegen mijn bed aan.

Lean me back again, with my head against my bed.

En ik voelde twee handen op mijn hoofd naar de zijkant drukken.

And I felt two hands pressing on the sides of my head.

En ik hoorde, hij is het niet, hij is het niet.

And I heard, he is not it, he is not it.

Ik werd opgetild.

I was lifted up.

En toen kon ik vrijheid praten.

And then I could talk about freedom.

Wat is dit? Wat gebeurt er?

What is this? What is happening?

Wie zijn jullie?

Who are you?

Hebben jullie het ook met mijn moeder gedaan? Ze begon te schreeuwen.

Did you also do it with my mother? She started screaming.

En toen hebben we gezegd, nee.

And then we said, no.

Want we wisten waar je ouders sliepen.

Because we knew where your parents were sleeping.

Alleen tussen jullie twee twijfelen we nog.

We are still hesitant only between you two.

Toen werd gezegd, toen werd ik langzaam via de gang naar de woonkamer gebracht.

Then it was said, then I was slowly taken through the hallway to the living room.

En toen zag ik, het is politie.

And then I saw, it's the police.

Mijn kamerdeur ging open.

My room door opened.

Die man naar binnen komen, ik zag er eentje.

That man coming in, I saw one.

Toen ik hem zag en ik zag dat hij in zijn eentje kwam in mijn kamer,

When I saw him and I saw that he came alone into my room,

wist ik zeker dat ze met z'n vijven in zijn kamer waren.

I was sure that there were five of them in his room.

Want in een van de ozen nooit één persoon naar de kamer van de verdachte.

Because in one of the cases, never one person went to the suspect's room.

Het is altijd...

It is always...

Er gaat bijna een heel team naar z'n kamer als zij weten dat hij daar slaapt.

Almost an entire team goes to his room when they know he's sleeping there.

Dus hij kwam in zijn eentje in mijn kamer binnen en hij is tegen mij aan in de lucht.

So he came into my room alone and he is next to me in the air.

Ik zei, maak je geen zorgen, ik loop gelijk met jullie mee.

I said, don't worry, I'll walk with you right away.

Maar mijn vader en mijn moeder doen ze niks, want ik weet hoe mijn moeder slaapt.

But my father and my mother do nothing, because I know how my mother sleeps.

En ik weet gewoon, als zij zo haar kamer gaan inkomen,

And I just know, when they come into her room like that,

dan ben ik gewoon bang dat ze een hartverzakking gaat krijgen.

Then I'm just afraid that she's going to have a heart attack.

Maar gelukkig hebben ze mijn vader niet aangepakt, Moude niet aangepakt.

But fortunately they didn't go after my father, didn't go after Moude.

Ik werd in de woonkamer neergezet,

I was placed in the living room,

en dan was mijn vader, mijn zuster en moeder waren er al.

And then my father, my sister, and mother were already there.

Mijn nichtje sliep bij mijn zus, in haar kamer.

My niece slept at my sister's, in her room.

Mijn nichtje, ze was 16, en die heeft het ook meegemaakt, boren genoeg.

My niece, she was 16, and she also experienced it, enough drilling.

Ik stel op in mijn kamer,

I set up in my room,

Ik sta in mijn kamer, frustrated over het verhaal van mijn moeder over mijn gezondheid,

I am in my room, frustrated about my mother's story about my health.

en ik vraag aan die bedrijven, ik vraag aan die bedrijven,

and I ask those companies, I ask those companies,

man of hij mijn trui mee kan geven want het was best wel koud en of ik mijn slippers kan

"Can he give me my sweater because it was quite cold and if I can have my slippers?"

aantrekken. Ik mocht dat allebei doen. Ik kreeg een doek over mijn hoofd heen. En ja,

attract. I was allowed to do both. I got a cloth over my head. And yes,

ik werd naar buiten meegenomen. Ik werd in een politieauto neergezet. En ik hoorde mijn zus,

I was taken outside. I was placed in a police car. And I heard my sister,

zij wist wel gelijk dat het door mij kwam. Ik hoorde haar nog roepen van Nebel, wat heb je

She knew right away that it was my fault. I still heard her yell, Nebel, what's wrong?

gedaan? En op een gegeven moment kwamen er twee rechercheurs aan. Een vrouwelijke en een

done? And at one point, two detectives showed up. One female and one

mannelijke. En vrouwelijke deed het woord. Zij zeiden wij komen voor Nabil en die is meegenomen

Male. And female took the word. They said we come for Nabil and he has been taken away.

nu. Mijn deur was stukgegaan. Ze zeiden je deur wordt straks gemaakt. Dus eigenlijk ging ze toen

Now. My door was broken. They said your door will be fixed soon. So actually, she left then.

weg.

gone.

Mijn moeder zat nog een beetje rond te kijken van wat gebeurt allemaal. Het was alsof ze net

My mother was still looking around a bit at what was happening. It was as if she had just

in de wereld kwam. Zo verbaasd keek ze om zich heen. Wat gebeurt er? Wie zijn dit? Wat gebeurt

came into the world. She looked around in amazement. What is happening? Who are they? What is happening?

allemaal? Toen heb ik haar uitgelegd. Ze kwam voor Nabil en ze wilde gewoon niet geloven. Dat kan

All of them? Then I explained it to her. She came for Nabil and she just didn't want to believe it. That can happen.

niet. Hoe kan dat? Ik heb gewoon verteld dat het Nabil is. En wat het is, weet ik niet. Zij vroeg

No. How is that possible? I just said it's Nabil. And what it is, I don't know. She asked.

wat heeft hij gedaan? Wat heeft hij gedaan? Dus ik zeg dat weet ik niet. Maar ik denk wel dat het een

What has he done? What has he done? So I say I don't know. But I do think it is a

is. Wat heeft hij gedaan? Wat niet kan. Ze doen niet zomaar een inval. Dat ging in mijn hoofd. Je

is. What did he do? What can't be done. They don't just make a raid. That was going through my mind. You

doet niet zomaar een inval voor iets kleins of zo. Ze waren wel heel goed voorbereid. We hadden het

don't just make a raid for something small or something. They were very well prepared. We had it.

niet opgemerkt. Maar ze hebben om de hele buurt hadden ze nog undercover auto's meegezet. Voor

not noticed. But they had parked undercover cars all around the entire neighborhood. For

het geval ik via mijn raam of ik sliep opeens in mijn moeder de kamer zeg maar. Dat ik via

the case I via my window or I suddenly slept in my mother's room, let's say. That I via

daar dan wegging. Aan haar houding zag ik vol dat ze wist dat hij het was. Maar ze wilde gewoon

then left there. From her posture, I could tell that she knew it was him. But she just wanted

niet geloven dat hij het was zeg maar. Dus daarin bleef zij stort van in een dilemma. En ik

not believing that it was him, so she remained in a dilemma. And I

bleef wel stort van bij mijn standpunt zeg maar. Maar ik wist ook dat ik ook spullen die ik de

remained quite overwhelmed from my standpoint, so to speak. But I also knew that I had things that I...

ochtend daarna wou weggooien in mijn kamer had. Ik had een wapen in mijn kamer en de

The morning after, I wanted to throw it away in my room. I had a weapon in my room and the...

kleding waarmee het is gedaan. Toen ben ik eigenlijk naar mijn kamer gegaan. Want ik had

clothes with which it is done. Then I actually went to my room. Because I had

mijn eindexamen gesprek van mijn CIRS-opleiding. Ik had mijn eindexamen gesprek van mijn CIRS-opleiding.

my final exam conversation of my CIRS training. I had my final exam conversation of my CIRS training.

Ik zat toen in mijn laatste jaar en dat was mijn eindgesprek.

I was in my final year then, and that was my final interview.

Dus ik moest gelijk door.

So I had to continue right away.

Ik kon het gesprek niet missen, ik moest gelijk door.

I couldn't miss the conversation, I had to go straight through.

Ik ben naar school gegaan, daar was mijn stagebegeleider, mijn studieloopbaanbegeleider, iemand van de examencommissie, gingen we zitten.

I went to school, there was my internship supervisor, my study career supervisor, someone from the examination board, and we sat down.

En er kwamen weinig tot geen woorden uit mijn mond eigenlijk.

And there were few to no words coming out of my mouth, actually.

En ik zag dat mijn stagebegeleider ook naar mij aankeek van, ga jij nog wat zeggen?

And I noticed that my internship supervisor was also looking at me as if to say, are you going to say something?

Ik heb wel nog wat kunnen zeggen, maar niet zeg maar in lange zin of iets.

I was still able to say something, but not in a long sentence or anything.

Ik ben toen, dat was wel een moment, toen liep ik door de gang en de deur achter mij, dat was volgens mij vijf meter, ging hard dicht.

I was then, that was quite a moment, as I walked down the hallway and the door behind me, which I think was five meters away, slammed shut.

En dus ik schrok en ik draaide me om.

And so I was startled and I turned around.

En ik heb daar misschien nog ongeveer anderhalf week of zo mee gelopen.

And I probably walked around with that for about another week and a half or so.

Dus ik had een geluid gehoord.

So I had heard a sound.

Toen had ik gelijk schrok.

Then I was startled.

Je zit liever in een gevangeniscel dan in een politiecel voor zo lang.

You prefer to be in a prison cell rather than in a police cell for that long.

Want op een gegeven moment begin je gewoon bijna tegen jezelf te praten.

Because at a certain point, you just start talking almost to yourself.

Ze hebben geen boeken meer, ze hebben geen magazines meer.

They have no more books, they have no more magazines.

Dus dan ga je op een gegeven moment gewoon daarheen kijken en dan zit je in je gedachten.

So at some point, you just look over there and then you're lost in your thoughts.

Er is geen klok.

There is no clock.

Dus ik wist gelijk, jij bent een shark.

So I knew right away, you are a shark.

Ik wist gelijk, jij komt niet mogen thuis.

I knew right away, you won't be allowed home.

Ik wist gelijk van, accepteer gewoon alles wat je nu tegenkomt.

I immediately knew, just accept everything you encounter now.

Maar je gaat heel lang zitten.

But you sit for a very long time.

Daarom was ik ook zo bang dat ze elke keer hier zo kwamen.

That's why I was so scared that they kept coming here like this every time.

Ik wist gewoon, als ik word gepakt, ga ik voor een hele lange tijd zitten.

I just knew, if I got caught, I would be locked up for a very long time.

Wij hebben toen als familie, vooral mijn zus dan, die heeft het soort van opgepakt.

We as a family then, especially my sister, kind of took it on.

Van, oké, waar is dit hij?

Well, okay, where is this guy?

Waar is hij?

Where is he?

Mijn zus was zeg maar degene die heel veel contact met hem opnam.

My sister was kind of the one who kept in touch with him a lot.

En ik nam mee contact.

And I made contact.

Dus wanneer zij belde, praatte ik mee.

So when she called, I joined in the conversation.

Ik heb niet uit mezelf.

I didn't do it on my own.

Of hem gebeld of wilde contact zoeken of iets.

Or called him or wanted to get in touch or something.

En dat kwam voornamelijk omdat ik echt boos was op hem.

And that was mainly because I was really angry with him.

Dat hij dit ons heeft aangedaan, zeg maar.

That he has done this to us, so to speak.

Vooral mijn moeder en mijn ouders.

Especially my mother and my parents.

Ik moest hem nog soort van verwerken of zo.

I still had to sort of deal with it or something.

Ik was nog niet zeg maar van, kom maar gelijk weer in mijn arm of zo.

I wasn't really, you know, like, come back into my arm or something.

Je luisterde naar de eerste aflevering van de zevendelige podcast Sorry Voor Mijn Broertje.

You listened to the first episode of the seven-part podcast Sorry For My Little Brother.

In de volgende aflevering gaan we terug naar de roots van beide broers.

In the next episode, we will return to the roots of both brothers.

Naar de stad Herat in het zuidwesten van Afghanistan.

To the city of Herat in the southwest of Afghanistan.

Deze podcast is gemaakt door Sjoerd Littjens en Jan-Paul de Bond.

This podcast was created by Sjoerd Littjens and Jan-Paul de Bond.

In nauwe samenwerking met het Lektoraat Kennisanalyse Sociale Veiligheid van Hogeschool Utrecht.

In close collaboration with the Knowledge Analysis Social Safety Research Group of Utrecht University of Applied Sciences.

De titelmuziek is gemaakt door Dries Bijlsma.

The theme music was composed by Dries Bijlsma.

Mijn naam is Sjoerd Littjens.

My name is Sjoerd Littjens.

Ik ben Sjoerd Dijsker.

I am Sjoerd Dijsker.

Continue listening and achieve fluency faster with podcasts and the latest language learning research.